IgG4 en Hugo’s frikandel speciaal.

4 months ago
116

Bron: https://steig.nl/blog/2025/04/17/igg4-en-hugos-frikandel-speciaal/
Zoals velen van jullie gezien hebben, zat ik kort geleden bij @marliesdekkers om te praten over de vele onprettige verrassingen die de mRNAvaccins voor ons in petto bleken te hebben. Wat die verrassingen zouden inhouden, kon ik in 2021 niet voorspellen, maar ik heb wel voorspeld dat ze er zouden komen, simpelweg omdat dat altijd gebeurd bij het gebruik van nieuwe medicijnen of het uitrollen van nieuwe medische technieken. De mRNA-vaccins zijn daarop geen uitzondering. Zoals ik tijdens dat gesprek met Marlies aangaf, is er desondanks nog veel onbekend en zal er nog veel tijd overheen gaan voordat we in de volle omvang geleerd hebben wat alle mogelijke negatieve gevolgen van de mRNA-vaccins zijn.

Voor wie dat gesprek met Marlies terug wil zien, dat kan hier.
Vaccinatieschade: “niemand wil het weten” | #1913 Jan Bonte

Wat ik tot nu toe echter zorgvuldig vermeden heb, is het leggen van een relatie tussen enerzijds vaccinatie met de mRNA-vaccins en de inductie van IgG4 en anderzijds de ontwikkeling cq progressie van kanker. Ja, ik heb benoemd dat de vaccins van Pfizer en Moderna (teveel) DNA-fragmenten van het plasmide bevatten waarmee het vaccin geproduceerd wordt en dat experts in de materie, zoals @dr_louwen en Maarten Fornerod, het zeer waarschijnlijk achten dat dit inderdaad kanker kan induceren. Daar heb ik het verder bij gelaten. Ik heb nooit de term ’turbo-kanker’ in de mond genomen en ik heb zwijgend de vele verhalen gelezen en aangehoord van mensen die familie en vrienden ziek zagen worden en binnen de kortst mogelijke tijd zagen overlijden aan kanker. Want kanker is er altijd geweest. Ook hele agressieve varianten. Ik heb vele patiënten zelf gezien, omdat het laatste station voor de dood – hersenmetastasen – de neuroloog is. Ik kon er voor mijn gevoel niets mee.

Verder is het van groot belang, zoals ik ook bij Marlies zei, ik wil lijken zien, ik wil pathologische preparaten zien, met de juiste bewerkingen en de juiste kleuringen, en ik wil hard bewijs zien dat die DNA-fragmenten ingebouwd worden in genen die een belangrijke rol spelen bij de celdeling. Als dat bewezen wordt, ben ik overtuigd dat de verontreinigingen van de mRNA-vaccins met DNA-fragmenten rechtstreeks tot kanker kunnen leiden.

Dat heeft voor mij geen haast. Het is zeer specialistisch werk, het is niet mijn vakgebied en er komt heel wat bij kijken om te zorgen dat dit onderzoek goed uitgevoerd wordt. Het is mij gebleken dat ik daar onvoldoende vanaf weet. Dus ik wacht dat verder rustig af, want er zijn mensen mee bezig die hierin gespecialiseerd zijn, zoals @Kevin_McKernan en @J_P_Buckhaults.

Repeated COVID-19 Vaccination as a Poor Prognostic Factor in Pancreatic Cancer: A Retrospective, Single-Center Cohort Study .

Gisteren zag ik bovenstaand artikel voorbijkomen op de tijdslijn van dr. Louwen, waarvoor mijn dank, Rogier. Het is een pre-print, maar ik hecht geen grote waarde aan de formele peer-review, en ik heb heel lang gewacht op een dergelijk artikel, omdat het een uitermate belangrijk maar grotendeels onontgonnen gebied betreft.

Dat zal ik uitleggen aan de hand van de lange reis die ik qua denken en het opstellen van hypotheses in de afgelopen jaren gemaakt heb.

Ik heb ooit een lang artikel over de inductie van IgG4 door de mRNA-vaccins geschreven en wat daar de mogelijke gevolgen van zouden kunnen zijn, waaronder een toegenomen kans om in de toekomst opnieuw een klinisch relevante infectie met het virus door te maken. Dat kon ik op dat moment veilig zeggen, daarvoor waren er voldoende aanwijzingen. Die hypothese blijkt inmiddels bewaarheid geworden te zijn. Tot nu toe lijkt het niet tot zeer ernstige infecties te leiden, maar of dat in de toekomst zo blijft, is onbekend. Ook dat zal de toekomst leren. Hierbij het recent verschenen artikel waarin dit aangetoond wordt.

Post-vaccination IgG4 and IgG2 class switch associates with increased …

Ik weet dat ik me destijds heb afgevraagd, het was februari 2023, of ik in dit artikel al iets moest schrijven over de relatie tussen IgG4 en kanker. Dat heb ik uiteindelijk niet gedaan: er was nog te veel onduidelijk, het zou te speculatief zijn, en dus heb ik dat onderwerp onbesproken gelaten. Ook toen dacht ik dat het op termijn vanzelf wel duidelijk zou worden of die relatie er was of niet. Ook dat had voor mijn gevoel geen haast. Zowel de voorstanders als de tegenstanders van de mRNA-vaccins hadden immers hun keuze al lang gemaakt en hadden zich al diep ingegraven. Ik zag en zie geen enkele reden om mensen te adviseren om zich wel of niet te laten vaccineren: het moet een eigen keus zijn. Zoals ik al heel vaak heb gezegd, maakte ik daarbij al vanaf een heel vroeg tijdstip een uitzondering voor kinderen en jongeren: die hadden geen vaccin nodig en kon het bijna niet anders dan dat de balans tussen voordelen – die er niet waren – en nadelen, negatief uit zou pakken op de langere termijn. Ik denk dat ook dat inmiddels wel als bewezen mag worden geacht, zeker gezien het bewijs uit pathologische studies dat inmiddels voorhanden is. Dat het genegeerd wordt door de officiële instanties en door de overheid, maakt dat niet minder waar.
Voor wie meer wil weten over de bijzondere kenmerken en de diverse veronderstelde functies van het IgG4-antilichaam, dit is wel een mooi en met een beetje moeite goed te begrijpen overzicht:

The unique properties of IgG4 and its roles in health and disease

De reis naar de hypothese
Mijn reis in het denken over het ontstaan en de progressie van kanker in de relatie met de mRNA-vaccins begon bij de uitspraken van de hoogleraar oncologie Angus Dalgleish, professor of oncology at St George’s, University of London. Zijn specialiteit is de behandeling van melanomen. Ik weet niet meer precies wanneer hij zijn uitlatingen deed, want dat stond allemaal op mijn vorige account, maar ik denk dat ik ergens in de loop van 2022 kennis nam van zijn uitlatingen. Dalgleis zei dat hij na de booster tegen covid-19 veel recidieven zag van melanomen, ook bij mensen die al heel lang tumorvrij waren – soms langer dan tien jaar. Dat wekte mijn nieuwsgierigheid.

Waarom? Dat is omdat het melanoom een sterk immunogene tumor is, wat zoveel wil zeggen dat er een hele sterke interactie is tussen de ontwikkeling van een melanoom en het functioneren van het immuunsysteem en dat een melanoom allerlei immunologische mechanismen inactiveert om te kunnen groeien en te kunnen metastaseren. Desondanks is de heersende gedachte dat bij het voorkomen van recidieven het immuunsysteem ook een hele grote rol speelt. Waarschijnlijk is het zo dat microscopische – hele kleine – metastasen van een melanoom onder controle gehouden worden door het immuunsysteem. Hoe dan ook, de sterke relatie tussen het functioneren van het immuunsysteem en recidieven van een melanoom is een reële die vele malen beschreven is. En ook is bekend dat daarbij IgG4 zeer waarschijnlijk een grote rol speelt.

Elevated IgG4 in patient circulation is associated with the risk of disease progression in melanoma

Een belangrijk punt daarbij was, dat ik al wist dat de mRNA-vaccins IgG4 induceerden. Dat antilichaam – met al zijn bijzondere eigenschappen – kende ik goed, omdat er zoiets bestaat als ‘IgG4-related disease’. Over dat ziektebeeld had al het nodige gelezen. Dat had ook een reden: ik heb in de laatste jaren van mijn werkzame leven als neuroloog twee patiënten gehad waarbij ik deze diagnose vermoedde en bij een daarvan ook zelf de diagnose gesteld heb. Een daarvan is bevestigd bij een second opinion in een universitaire kliniek – dat deed ik altijd bij dergelijke zeldzame en moeilijke diagnosen. De andere is – zo vertelde een van de internisten uit dat ziekenhuis mij recent nog – nog steeds twijfelachtig, ondanks dat de diagnose bij een second opinion in een universitair ziekenhuis wel bevestigd werd.

Dat iemand als Angus Dalgleish zoiets zegt, met zijn staat van dienst en de behoorlijke grote aantallen patiënten met melanomen die hij ziet, kan niet zomaar terzijde geschoven worden. Dat zou heel dom zijn. Natuurlijk werd ook hij besmeurd en gecancelled, maar dat was voor mij toen al reden om het vooral wel serieus te nemen. Want wie onwelgevallige maar ware uitlatingen deed moest gecensureerd worden. En dus nam ik Dalgleish serieus, maar zweeg er verder zoveel mogelijk over, behalve in kleine kring.

Bovendien speel ik graag de advocaat van de duivel: het melanoom is een sluipmoordenaar, zoals vele artsen weten. Ik heb meerdere keren meegemaakt dat iemand 5, 10 of 15 jaar tumorvrij was, en vervolgens binnen de kortste keren bij mij op het spreekuur zat met het hoofd en lichaam vol met uitzaaiingen van een melanoom. Vaak gebeurde dat na een stressvolle periode, een doorgemaakte infectie of het krijgen van een andere ziekte. Ofwel, het ontploffen van de ziekte als gevolg van een immuunsysteem dat even niet oplette en daarmee het melanoom liet ‘ontsnappen’, zoals ik dat familie van patiënten wel eens uitgelegd heb, als die daarna bij mij kwam om te vragen hoe het toch kon dat het bij iemand, na zo’n lange tijd geleden als ‘genezen’ en vrij van tumor verklaard te zijn, alsnog binnen de kortst mogelijke tijd zo ontzettend fout kon gaan. Ik wist, bij een melanoom kan dat. En dus hield ik het verhaal van Dalgleish in het achterhoofd, en wachtte rustig af.

Ik moet daarbij wel eerlijk bekennen dat de vele persoonlijke verhalen over familie en vrienden die plotseling kanker kregen ook een rol hebben gespeeld. Ik kon daar niet veel mee, zoals ik al zei, omdat ik het niet cijfermatig kon onderbouwen. En dus heb ik vele mensen desgevraagd geantwoord dat ik geen zinnig woord kon zeggen of de kanker bij vrienden en familie door vaccinatie met een mRNA-vaccin veroorzaakt was of niet. Dat kon ik niet en dat kan ik niet. Maar ook hier hield ik in het achterhoofd dat het niet de eerste keer zou zijn dat het ‘gewone publiek’ veel eerder iets opmerkt wat betreft de negatieve gevolgen van een medicijn of behandeling dan dat medici dat doen. De historie van de geneeskunde staat bol van dergelijke gevallen.

Om een heel recent voorbeeld te noemen, ik ben kort na de start van de vaccinatiecampagne door meerdere vrouwen en moeders benaderd die gewag maakten van een veranderde menstruatie bij zichzelf of bij hun dochters na vaccinatie, met de vraag of ik daar iets over wist. Mijn antwoord destijds was dat ik geen gynaecoloog ben, dat ik daar niets over wist, dat ik het niet direct met elkaar kon rijmen, maar dat wat niet kon, nog nooit gebeurd was. Met andere woorden, dat ik zeker niet kon uitsluiten dat die relatie er wel degelijk was, maar dat daarover gewoon nog niets bekend was en dat de tijd het wel zou leren. Achteraf heb ik van die mensen te horen gekregen dat ze heel blij waren dat ik ze niet voor gek had verklaard – zoals sommige artsen bij hen gedaan hadden – en dat ze heel blij waren dat ik het niet afgedaan had als onzin. Want nu weten we dat dit een reëel effect is en we weten ook al iets over hoe dat kan. Enige bescheidenheid over de eigen kennis en kunde – heb ik door schade en schande geleerd – in de geneeskunde kan echt geen kwaad.

En dus achtte ik het stilzwijgend wel mogelijk dat vaccinatie met een mRNA-vaccin een rol had gespeeld in die gevallen van een snel progressieve kanker. Maar ik hoef niet alles te zeggen wat ik denk en waarover ik in redelijke mate geen zekerheid kan bieden, zeg ik liever niets. Dat heb ik dan ook niet gedaan.
Een volgend punt was dat ik natuurlijk al wel iets wist over de relatie tussen kanker en de inductie van IgG4, omdat het vaak zijdelings aan de orde kwam in de artikelen over IgG4-related disease. Maar de beschreven resultaten waren vaak tegenstrijdig, vaak ook niet consistent en bovendien ging het meestal om laboratoriumproeven en experimenten met ratten en muizen. Soms was het me ook niet duidelijk of IgG4 een oorzakelijke factor was of slechts een ‘innnocent bystander’.

Een voorbeeld daarvan wil ik wel geven: ik vind het voor nu niet de moeite waard om terug te zoeken welke studie het was, dus ik schrijf dit even uit mijn hoofd: in een van die studies werd een tumor – ik meen een melanoom – geïmplanteerd bij muizen of ratten. Als men vervolgens IgG4 inspoot in die tumor, groeide die veel harder dan de tumoren waarbij gewoon fysiologisch zout ingespoten werd. Hoe dan ook, alles leuk en aardig, maar mensen zijn geen ratten of muizen en krijgen ook geen tumoren geïmplanteerd. Kortom, dergelijk bewijs vond en vind ik niet hard genoeg.

Dat was nog niet alles. Er zat in mijn denken nog een hiaat wat ingevuld moest worden. Waar ik ook keek en wat ik ook las, de IgG4-antlichamen die door de diverse tumoren geïnduceerd werden, waren gericht tegen de tumoren zélf. Dat was tenminste wat ik meende gelezen te hebben. Hoe zou dat IgG4, opgewekt door de mRNA-vaccins en gericht tegen het spike-eiwit van SARS-CoV-2, dan progressie van een tumor kunnen veroorzaken waar het antilichaam helemaal niet tegen gericht was? Dat kon ik niet plaatsen. Maar mijn gedachtengang was onjuist, en ook daar liep ik bij toeval tegenaan bij de studie naar de effecten van IgG4 bij kanker, en wel in het artikel dat ik hierboven al aanhaalde.

Elevated IgG4 in patient circulation is associated with the risk of disease progression in melanoma

“Importantly, both antigen-specific and nonspecific IgG4 antibodies can impair IgG1-mediated tumoricidal functions and this IgG4 blockade is mediated through interfering with IgG1 engaging activity at Fcg receptors.”

Er staan twee referenties bij deze stelling in het artikel en die heb ik destijds doorgeworsteld. Dat is ook al weer een tijdje geleden. Ik zal jullie niet vermoeien met de precieze details, maar ik zal wel even de cruciale passage uit de tweede referentie hier neerzetten, enkel en alleen voor de liefhebber. Het gezegde is op zich niet moeilijk te begrijpen, maar je moet wel het nodige weten over de fysiologie en pathofysiologie van antilichamen en hun receptoren. Dat is voor de redelijk intelligente leek waarschijnlijk wat teveel gevraagd. Maar wat je hieruit mee moet nemen, is dat het IgG4 wat geïnduceerd wordt, op welke manier dan ook, niet specifiek hoeft te zijn voor de tumor om progressie van die bewuste tumor te geven. Dat is de essentie:

“Second, IgG4 could bind to Fcγ receptors, preventing IgG1 interactions on the surface of effector cells. The implications of the latter mechanism would be that IgG4 of any specificity could neutralize IgG1-FcR–mediated effector functions against tumors through engagement of the main Fcγ receptor families. In agreement with this possibility, a nonspecific IgG4 also blocked IgG1-mediated tumor cell ADCP by patient monocytes almost as effectively as the tumor antigen-specific IgG4.”

Daarmee had ik mijn hypothetische ‘chain-of-events’ rond. Dat is nu, denk ik, zo’n anderhalf jaar geleden. Maar hypothesen zijn niets waard als ze niet onderbouwd worden door reële waarnemingen. Daar was dan ook het wachten op, want die waren er tot gisteren niet.

Voordat ik met de bespreking van het artikel begin, wil ik nog enkele details bespreken die erg belangrijk zijn voor het verdere verhaal, onder andere omdat ik in het verleden enkele leden van het Simplistisch Verbond, voorheen het @rivm geheten, heb gelezen en mij daarover ernstig heb verbaasd.

Zo wist een medewerker van het RIVM te melden dat de inductie van IgG4 door mRNA-vaccins niet relevant was en dat het geen risico’s met zich meebracht, omdat de totale spiegels van IgG4 na vaccinatie niet significant verhoogd waren. Ik weet nu een beetje wat het (werkelijk bedenkelijke) denkniveau in die organisatie is, maar ik heb me er destijds ernstig over verbaasd. Serumspiegels van totaal IgG4 zijn namelijk maar zeer beperkt relevant en geven geen goede afspiegeling van wat er op weefselniveau gebeurt. Bij IgG4-related disease, ongeacht de rol van IgG4-antistoffen bij het ontstaan van de ziekte, is de serumspiegel bij een significant deel van de patiënten niet verhoogd, terwijl het toch echt IgG4-related disease heet en er in de getroffen weefsels zeer hoge hoeveelheden B-cellen worden gevonden die IgG4 maken en zeer hoge concentraties van IgG4 worden aangetoond. Het hangt er dus maar vanaf hoeveel van dat IgG4 naar het bloed ‘lekt’. Dergelijke kennis is blijkbaar niet besteed aan de leden van het Simplistisch Verbond. https://sci-hub.st/https://doi.org/10.1136/bmj.m1067Het is bij wat hierna volgt uitermate belangrijk om onderscheid te maken tussen de inductie van kanker, ofwel het veroorzaken van kanker, en de progressie van kanker. Ik kan dat niet genoeg benadrukken. De cumulatieve beschadigingen van het eigen DNA leiden uiteindelijk in sommige gevallen tot kanker, en de aard van de mutaties bepalen ook deels het beloop van kanker. Als het DNA uit de mRNA-vaccins inderdaad geïntegreerd wordt in het eigen DNA, is dat het mechanisme waarmee de mRNA-vaccins kanker kunnen veroorzaken. Daar heb ik het hier NIET over.Dit gaat over de snelheid van progressie van kanker. Het gaat dus om mensen die al kanker hebben. Daarbij zit er echter een grote dikke adder onder het gras. Want er is altijd een zeker percentage mensen dat al kanker onder de leden heeft, maar dat nog niet weet: het is simpelweg nog niet gediagnosticeerd en het heeft blijkbaar nog niet in die mate tot klachten of symptomen geleid dat mensen daarmee naar de dokter zijn gegaan (patient’s delay), of – en dat komt ook regelmatig voor – de dokter herkent die klachten en symptomen niet als behorende bij kanker: “Doctor’s delay.” Dit kan er toe leiden dat mensen zich kort na vaccinatie presenteren met uitgebreide uitzaaiingen van een bepaalde tumor – het verhaal van prof. Dalgleish – of dat bij mensen die in de komende weken tot maanden sowieso manifest kanker ontwikkeld zouden hebben, een tumor zich eerder manifesteert door de vaccinatie met een mRNA-vaccin. Dan lijkt het of het mRNA-vaccin dit veroorzaakt heeft, terwijl het ‘slechts’ het manifest worden van de tumor heeft versneld, ofwel, slechts zichtbaar heeft gemaakt wat onherroepelijk toch stond te gebeuren. Ook dat acht ik een aannemelijk scenario. Als dit het effect van IgG4 is, zie je dat zeer waarschijnlijk niet terug in de cijfers over de kankerincidentie, alleen in de getallen over de prognose. Dat is belangrijk om in het achterhoofd te houden, want daarmee kom ik als vanzelfsprekend bij de bovengenoemde studie uit. Want dat is precies wat deze studie laat zien: een verandering van de prognose. Dat zal ik hieronder bespreken.
Als eerste moet ik vertellen dat het pancreascarcinoom (PC) over het algemeen een doodsvonnis is. In ‘mijn tijd’ als coassistent was de mediane overleving, zo uit mijn hoofd, zo’n drie tot vier maanden. Blijkbaar – getuige de resultaten van de studie – is dat inmiddels verbeterd tot meer dan een jaar. Er is een enkele ‘lucky bastard’, waarbij de tumor heel vroeg wordt ontdekt, maar dat zijn de uitzonderingen, niet de regel. Verreweg de meeste mensen met deze tumor gaan dood aan de ziekte en ook al heel snel.

Maar dat is ook meteen het ‘prettige’ aan deze studie naar de prognose van het pancreascarcinoom: je hoeft geen jaren te wachten voordat mensen doodgaan, en dus kun je veel sneller bepalen of een bepaald middel of techniek invloed heeft op de prognose. Het is dus als het ware een ‘gids-studie’, de ‘kanarie in de kolenmijn’, ofwel een eerste waarneming die mogelijk voorafgaat aan nog volgende soortgelijke waarnemingen bij andere tumoren. Dat zal de tijd leren.

Het aardige is dat de auteurs niet letterlijk zeggen wat ze aanzette tot deze studie, maar het laat zich wel afleiden uit de tekst. Dit is wat ze schrijven in de resultatensectie:

“Patient outcomes had improved each year by 2020; however, it began to deteriorate in 2021. The outcomes in 2022-2023 were significantly worse than those in 2018-2021“

Er was dus sprake van een trendbreuk, die in 2021 begon en zich daarna doorzette, hetgeen – gezien de mediane overleving – niet (volledig) verklaard kon worden door ‘uitgestelde zorg’, iets waar vaak mee geschermd wordt zodra men iets kritisch zegt over de mRNA-vaccins..

Dan de studie zelf. Die is qua opzet niet moeilijk. Er zijn twee cohorten. Het eerste is een cohort van 272 patiënten uit de periode januari 2018 tot november 2023. Van 223 van deze patiënten was de vaccinatiestatus bekend en bij 96 werden IgG4 spiegels bepaald. Verder was er van 72 patiënten pathologisch weefsel beschikbaar om gekleurd te worden op een bepaalde marker, het eiwit Foxp3, waarmee het aantal regulatoire T-cellen bepaald kan worden. Dat laat ik verder buiten beschouwing omdat het voor dit verhaal minder belangrijk is, het zegt alleen iets over de pathofysiologie.

Dan is er een tweede cohort, waarin IgG4 gemeten werd dat specifiek is voor het spike-eiwit van SARS-CoV-2 (of het vaccin). Die groep bestond uit patiënten met een PC, andere kwaardaardige tumoren, goedaardige tumoren en IgG4-related disease. Zie onderstaande figuur. Dat is redelijk overzichtelijk, nietwaar?

Ik ga verder met de studie zelf en wat de resultaten zijn. Ten eerste wordt de groep met een PC uit de periode 2018-2021 (voor de vaccinatie) vergeleken met de groep uit de periode 2021-2023 (na de vaccinatie).

Dan moet je wel absoluut zeker weten dat die groep in allerlei opzichten aan elkaar gelijk is. Dat kun je beoordelen aan de hand van tabel 1. Bij een eerste indruk lijkt het erop dat de groepen grotendeels vergelijkbaar zijn. Maar een ding valt onmiddellijk op: in de tweede groep worden veel minder mensen geopereerd: 11,6% versus 27,4%. Dat duidt op een slechtere prognose in de tweede groep, maar dat hoeft helemaal niet aan de mRNA-vaccins te liggen.

Hoe dat komt, laat zich (waarschijnlijk) afleiden uit de tumorclassificatie die in de rode box erboven staat. T staat voor het tumorstadium zelf, N voor het aantal aangedane lymfklieren en M voor metastasen (uitzaaiingen). Elks voor zich zijn ze niet significant verschillend tussen de twee groepn, maar het is goed te zien dat het percentage patiënten met een tumorstadium van 3 of 4 hoger is in de tweede groep – hetgeen een operatie onmogelijk kan maken omdat er doorgroei is in omliggende structuren – en ook dat het aantal mensen met metastasen in de tweede groep duidelijk hoger ligt – hetgeen een operatie niet zinvol maakt.
Kortom, ja, de tweede groep heeft een duidelijk slechtere prognose, maar dat zou men ook goed kunnen verklaren door bijvoorbeeld ‘uitgestelde zorg’: “Patient’s delay or doctor’s delay.” Ik weet niet hoe dat in Japan ging en of daar überhaupt sprake van was, maar het laat zich niet uitsluiten op grond van deze gegevens. Waarom spreken de auteurs daar dan met geen woord over?

Nu wordt het interessant. Want het valt wel degelijk zeer aannemelijk te maken dat dit resultaat niks met uitgestelde zorg, doctor’s delay of patient’s delay te maken heeft. Daarvoor ga ik naar figuur 2 die hieronder staat. Hier zie je de Kaplan-Meier overlevingscurves voor de verschillende cohorts. De mediane overleving van de verschillende cohorten meet je door bij het getal 50 op de y-as een horizontale lijn te trekken en dan op de x-as af te lezen hoe lang die periode is. Let wel! Het gaat om het jaar waarin de diagnose werd gesteld, niet het jaar waarin patiënten overleden.

Dan valt er onmiddellijk iets op: in het eerste grafiekje linksboven, waarin de prognose per jaar wordt uitgezet, zie je dat van 2021 t/m 2023 de prognose steeds slechter wordt. Zou uitgestelde zorg een rol spelen, zou je verwachten dat dit vooral voor 2021 geldt en zou de prognose daarna weer moeten normaliseren bij het ‘normaliseren’ van de maatschappij. Dat gebeurt echter niet: de prognose wordt alleen maar slechter (de curves lopen steeds steiler naar beneden). In het grafiekje rechtsboven worden de jaargangen 2018-2021 en 2022-2023 samengenomen en is hetzelfde effect te zien. (Op de twee onderste grafiekjes kom ik later terug).

Vervolgens wordt in de hele groep van 272 mensen bepaald wat de prognostische factoren zijn voor het beloop van de ziekte. Dat gebeurt met een zogenaamde ‘Cox Proportionol Hazards’ model (CPH). Daar zitten de nodige haken en ogen aan, maar het voert te ver om daar nu dieper op in te gaan. Maar de mij bekende risicofactoren voor een slechtere prognose van een PC komen er allemaal in terug, waaronder het tumorstadium, de ‘performance status’ van patiënten, het al of niet aanwezig zijn van (stille) geelzucht en de concentraties van de tumormarkers CA19-9 en CEA. Dat is wat ik allemaal nog ken uit de studieboeken. Tot zover niets nieuws. Maar wat wel opvallend en nieuw is, is dat ook 3 of meer vaccinaties met een mRNA-vaccin een risicofactor blijkt te zijn voor een slechtere prognose.

Vervolgens wordt de groep uit het eerste cohort van patiënten waarbij de vaccinatiestatus bekend is, dat zijn er 223, verdeeld in twee groepen. De eerste groep heeft 0-2 vaccinaties gehad, de tweede groep 3 of meer. Omdat die groepen van elkaar verschillen, is er ook een ‘propensity matching’ gedaan, waarbij de groepen zoveel mogelijk vergelijkbaar gemaakt zijn. Zoals altijd gaat matching gepaard met een verlies aan informatie: kijk maar naar de groepsgrootte. Voor matching bestaat de eerste groep uit 172 patiënten en de tweede uit 51 patiënt. Na matching zijn er daar in beide groepen nog 48 van over. Dat is inherent aan de methode.

Wat te zien is, is dat de serumspiegel van IgG4 in de groep die 3 of meer vaccinaties had gehad, hoger is dan in de groep die 2 of minder vaccinaties had gekregen. Dat is zowel voor als na matching het geval. Het verschil is echter niet significant, omdat er een enorme overlap is in de meetwaarden van IgG4. Boven de rode balk is echter te zien dat (vanzelfsprekend) slechts bij een klein deel het IgG4 bepaald is. Zelfs na matching is in de eerste groep slechts bij grofweg een kwart van de patiënten de spiegel van IgG4 in het bloed bepaald.

Vervolgens onderzoeken de auteurs of er ook een verschil in overleving is tussen degenen die 2 of minder vaccinaties kregen ten opzichte van degenen die er 3 of meer kregen, en dat zowel voor de ongematchte groep als de gematchte groep. Dat zijn de figuren 2c en 2d, de onderste plaatjes in de figuur hieronder. Daarin is duidelijk te zien dat de groep die drie of meer vaccinaties kreeg, beduidend slechter af is. Dat scheelt mediaan toch al snel drie tot vier maanden, op een normale mediane overleving van 14-15 maanden. Dat is een slok op de borrel.

Repeated covid19 vaccination

Vervolgens onderzochten de auteurs hoe het zat in de groep van 96 gevaccineerde mensen bij wie een spiegel van het IgG4 bepaald was. En ook die groep werd verdeeld in een groep die twee of minder vaccinaties had gehad en drie of meer. Dat is te zien in de tabel hieronder.

Characteristics pancreatic cancer

Duidelijk te zien is dat de groep met 3 of meer vaccinaties er qua prognostische factoren veel slechter voorstaat, onder andere wat betreft de tumorstadia en operatiestatus (zie de rode box). Maar we weten inmiddels dat dit zeer waarschijnlijk niet door ‘uitgestelde zorg’ veroorzaakt wordt. Verder is te zien, dat de gemiddelde concentratie van IgG4 in het bloed in de tweede groep nu statistisch wel significant hoger is dan in de eerste groep. Dat is echter slechts een statistisch gegeven, waarin ik niet veel waarde hecht.
In de onderste regel wordt verder vermeld wat het percentage patiënten is in beide groepen die een hogere spiegel van IgG4 heeft dan een concentratie van 48 mg/dL. In de eerste groep is dat ongeveer een kwart van de mensen, in de tweede groep bijna de helft. In totaal zijn het er 35. Dat is van belang, omdat daar voor het volgende onderdeel het afkappunt wordt gelegd om een andere onderverdeling te maken. Dat volgt hierna.

Probability of survival

Natuurlijk keken de auteurs bij deze 96 mensen ook hoe de overleving was. Die grafieken zie je hierboven. De figuur linksboven laat de overleving zien van deze 96 mensen op basis van het aantal vaccinaties, en de figuur links onder laat de overleving zien bij de mensen op basis van een spiegel van IgG4 hoger of lager dan 48mg/dL. Het verschil in overleving op basis van het aantal vaccinaties springt duidelijk meer in het oog dan het verschil in overleving op basis van de spiegel van IgG4. Maar realiseer je daarbij dat, zoals ik al eerder zei, de bloedspiegel van IgG is maar een matige ‘afspiegeling’ van wat er zich allemaal in de organen en weefsels afspeelt, en waarschijnlijk is er een grote interindividuele variatie in de mate waarin IgG4 naar het bloed lekt.

Het grafiekje rechtsboven laat zien wat we eigenlijk al wisten: de concentraties van IgG4 bij mensen die twee keer of minder gevaccineerd zijn, is gemiddeld lager dan bij mensen die drie of meer vaccinaties hebben ontvangen. Interessant daarbij is dat in het supplement nog een grafiek wordt gegeven waarin het aantal vaccinaties in de tweede groep verder uitgesplitst wordt naar 3 of 4 en meer dan 5. Dat laat keurig zien wat ik al twee keer verteld heb bij Marlies: de concentratie van IgG4 neemt gemiddeld verder toe met iedere volgende vaccinatie, ofwel, de inductie van IgG4 wordt versterkt bij iedere volgende dosis. Die grafiek zie je hieronder. Let op de logaritmische schaal op de y-as, het verschil is veel groter dan je denkt!
Even terzijde, waarschijnlijk gebeurt dit ook bij iedere volgende infectie met SARS-CoV-2: zoals de studies laten zien die ik in het eerdere stuk over IgG4 heb besproken, keert het immuunsysteem niet op haar schreden terug als het na een eerdere vaccinatie met een mRNA-vaccin alsnog met het virus zelfs geconfronteerd wordt. Het gaat gewoon door op hetzelfde pad.

Total IgG4

Waar was dan het tweede cohort voor? Dat was om te bewijzen dat de toename van het algemene IgG4 te wijten was aan de toename van IgG4 dat specifiek tegen het spike-eiwit van SARS-CoV-2 (of het vaccin) gericht is. En inderdaad, was er een duidelijke toename van het IgG4 gericht tegen het spike-eiwit (spike-specific IgG4) waarbij er geen duidelijk verschil was tussen de verschillende groepen (ziektecategorieën) uit het tweede cohort. Dat zie je in onderstaande figuur en dan het bovenste plaatje.

Daarnaast laat het derde plaatje zien dat er een verband is tussen het aantal vaccinaties en de concentratie van spike-specific IgG4. Let weer op de logaritmische schaal! Het verschil in concentratie tussen spike-specifiek IgG4 tussen de groep met 0-2 vaccinaties en 6 of meer vaccinaties is ongeveer een factor 10.000! (onderste rij, plaatje uiterst rechts).

Verder van belang is dat er een duidelijke correlatie is tussen het totaal IgG4 en het spike-specifiek IgG4, zowel voor de hele groep waarbij spike-specifiek IgG4 werd bepaald als alleen bij de PC-patiënten. Dat zie je in de onderste plaatje in de grafiek hieronder. Natuurlijk is de groep mensen met een PC waarbij spike-specific IgG4 bepaald is maar klein, vandaar het kleine aantal datapunten op de rechter grafiek.

(Wat ik zelf heel interessant vindt, maar voor dit verhaal misschien wat minder belangrijk is, zijn de mensen die wel een stijging van spike-specific IgG4 laten zien, maar niet van het totale IgG4. dat zijn de datapunten die als het ware op de x-as liggen (linker plaatje). Dat heb ik ook in andere studies gezien en ik heb hier geen goede verklaring voor. Maar dat terzijde.)

Figuur 4Conclusies:
Waar brengt ons dit alles?
Dit is de eerste studie die een rechtstreeks verband aantoont tussen enerzijds het aantal vaccinaties met een mRNA-vaccin van Pfizer of Moderna en de inductie van IgG4 en anderzijds een slechtere prognose bij kanker, in dit specifieke geval het pancreascarcinoom. Het is een hypothese die ik al anderhalf jaar in gedachten had, en die nu wordt bevestigd. Ik kan niet anders zeggen dan dat dit zorgwekkend is.Het is belangrijk om te benadrukken dat deze studie niet bewijst dat de inductie van IgG4 door de mRNA-vaccins tot kanker leidt. Zoals ik al heb uitgelegd, kan die indruk ontstaan als een bepaalde vorm van kanker die al aanwezig was in het lichaam manifest wordt door vaccinatie met een mRNA-vaccin. Of de inductie van IgG4 ook tot een snellere progressie van voorstadia van kanker zou kunnen leiden, is iets waar ik geen zinnig woord over kan zeggen. Op theoretische gronden is dit weliswaar een mogelijkheid die ik niet weerleggen, ook omdat we weten dat het immuunsysteem een uitermate belangrijke rol speelt bij de ’tumorsurveillance’, maar voorlopig zijn deze resultaten wel zorgwekkend genoeg. Ook dat zal de tijd moeten leren. Het heeft geen haast.Verder kan ik niet genoeg benadrukken dat het pancreascarcinoom de ideale tumor is om dergelijke effecten aan te tonen, omdat de overall levensverwachting zo laag is. Men kan dus heel snel, in dit geval al binnen 18 maanden een verschil in overleving aantonen tussen de verschillende groepen. Voor tumoren die een veel betere prognose hebben, zoals borstkanker en colonkanker, kan het veel langer duren voordat een verschil in prognose na vaccinatie met een mRNA-vaccin aangetoond kan worden. Dat zal dan ook pas de komende jaren duidelijk worden.Frikandellen horen thuis in de snackbar, niet in de geneeskunde. En ordinaire frikandellenverkopers zoals @hugodejonge mag men maximaal tot Chef Friettent bevorderen, maar moet men beslist ver uit de buurt houden met alles wat met geneeskunde en gezondheidszorg te maken heeft. Want anders worden er Frikandellen Speciaal bij mensen door de strot geduwd die een hele wrange nasmaak geven.
Vooralsnog wilde ik het hier bij laten. Zoals altijd, worden kritische vragen en opmerkingen zeer gewaardeerd en het is goed mogelijk dat ik op grond daarvan dit artikel aanpas. Dat geldt echter niet voor een speciale categorie die ik hierna in de PS zal toespreken.

PS. Voor de absolute Hommelhaters die me tot vervelens toe uitgemaakt hebben voor ‘gevaarlijke dokter’, ‘crimineel’, ‘moordenaar’, ‘kwakzalver’, ‘lasterneuroloog’, ‘uitgerangeerde neuroloog’, ‘cholesterolbol’, ‘vetvlek’ en nog meer van dit moois: doe geen moeite. Doe gewoon geen moeite. Ik lach er inmiddels om. Sterker nog, ik lach jullie vierkant in het gezicht uit. En ik begin steeds harder te lachen: ik schrijf allang niet meer om te overtuigen, ik schrijf om uit te leggen. Zoals ik dat als arts altijd heb gedaan. Voor wie dat wil lezen en er zijn voordeel mee wil doen. Niet voor de rest.

Dat schrijven is overduidelijk niet voor jullie bedoeld en het is ook niet aan jullie besteed. Daarvoor heb je nu eenmaal meer dan drie hersencellen nodig. En dan moeten ze ook nog functioneren. Nee, ik ben geen viroloog, geen vaccinoloog en ik heb vast niet de juiste expertise en niet voldoende kennis in jullie ogen, om over alle andere drogredenen nog maar te zwijgen. De ene drogreden nog stompzinniger dan de andere. Het zij zo. Ik ben blij dat ik figuren als jullie niet meer op mijn spreekuur hoef te zien en ik ben nog blijer dat ik geen tijd meer aan jullie hoeft verspillen. Want dat is echt zonde van mijn tijd geweest. Die tijd had ik veel beter kunnen besteden aan mensen die het waard zijn om tijd voor uit te trekken. En dat zijn er niet zoveel.

Dus ik heb een welgemeend advies aan jullie: lees mijn stukken niet, probeer ze niet te begrijpen – dat is sowieso te hoog gegrepen voor jullie – en trek je niets aan van mijn schrijfsels. Haal gewoon je volgende mRNA-prik. Ook als je daar officieel misschien niet voor in aanmerking komt, haal hem toch, gewoon, voor de zekerheid. Zodat je geen COVID-19 krijgt. En er zeker niet aan dood gaat. Want, zoals de experts zeggen, baat het niet, schaadt het niet.

Vraag het de experts, zoals @MarionKoopmans en @MarcBonten . Die weten daar alles van. En vraag het de instanties, zoals het @rivm . Die waken over jullie gezondheid. Dat zijn de mensen en instanties waarop jullie vertrouwen, dat zijn de mensen en instanties die zeggen dat het allemaal heel veilig en effectief is. Vertrouw daar gewoon op. Ik zou het je dan ook ten strengste afraden het vertrouwen in deze mensen en instanties op te zeggen. Waar ik aan toe wil voegen, het baat mij niet, en het schaadt mij ook zeker niet als jullie je mRNA-prik blijven halen. Integendeel. Dus doe dat vooral. Je doet jezelf er een groot plezier mee, en niet in de laatste plaats mij ook.

En mocht je meer informatie willen, vervoeg je dan bij grote denkers zoals @pjvanerp , @mkeulemans of voor mijn part @chrisklomp . Dat zijn de journalistieke experts, de alwetende factcheckers en de kritische debunkers. Die weten er alles van en kunnen jullie er alles over vertellen. Die lezen zich altijd goed in, begrijpen hele complexe studies en lichten jullie daar eerlijk over voor. Die kunnen dat. Ik kan dat niet. Daar kunnen jullie dus terecht voor betrouwbare ‘hoogstaande’ journalistieke informatie. Niet bij mij. Ik ben nu eenmaal een oplichter, een leugenaar en een bedrieger én heb bovendien een donatieknop, dus dit is mijn grote verdienmodel. Dus doe me een plezier en blijf uit mijn tijdslijn. Ik hoef niks met jullie en ik moet niks van jullie. Ik zal jullie zelfs niet vragen om te doneren, al was het maar voor jullie om aan de weet te komen of die donatieknop echt werkt. Maar ik hoef zelfs jullie geld niet. Alles wat bij jullie wegkomt, stinkt en rot als de hel.

Kortom, blijf bij mij uit de buurt en blijf uit de buurt bij alles en iedereen wat mij lief is. Denk wat je wil, zeg wat je wil en schrijf wat je wil, maar blijf bij mij uit de buurt. Want mijn tolerantie voor uitschot als jullie is tot nul gedaald.

Ik dacht, ik zeg het maar even.

Loading 1 comment...