
Belgium (Since 1830)
23 videos
Updated 1 year ago
Belgium, officially the Kingdom of Belgium, is a country in Northwestern Europe. Within Belgium the Flemish, about 60% of the population, form a clearly distinguishable group, set apart by their language and customs.
-
Matonge, le quartier Congolais de Bruxelles (1984)
Belgian CongoReportage sur Matonge et la communauté africaine (majoritairement originaires du Zaïre). Rencontre avec le bourgmestre d'Ixelles Albert Demuyter et quelques commerçants pour évoquer la vie du quartier. La présence africaine à Matonge est due à Léopold II. Le roi n'était pas autorisé à gouverner son État indépendant du Congo à partir du palais, car il s'agissait de sa propriété privée. Ainsi, au début du XXe siècle, il fit construire un chalet derrière le palais. Le pavillon en bois de la rue Brederodestraat est toujours là. Diverses associations coloniales et banques s'installèrent dans les environs. Le quartier s'étendit vers Naamsepoort et au-delà. À partir des années 1950, selon Arnaut, une vie nocturne à l'ambiance africaine se développa, avec des nightclubs et des cafés de jazz. Après l'indépendance congolaise en 1960, des étudiants et des diplomates africains vinrent s'y installer. "Des boutiques ont ouvert, créant toute une infrastructure africaine. Jusque-là, le quartier n'avait pas de nom particulier. Cela changea au début des années 1970. Arnaut déclare : "À Kinshasa, le grand quartier nocturne de Renquin, nommé d'après un ministre belge des Colonies, fut rebaptisé Matonge. Cela s'inscrivait dans le cadre de la politique d'authenticité du président Mobutu. Matonge était le nom d'une plante locale." Ce nom s'est rapidement répandu jusqu'à Bruxelles. Les visiteurs du quartier ont également commencé à l'appeler Matonge. Il a fallu attendre après les élections de 2000 pour que le nom soit également adopté par les institutions publiques, selon Arnaut. "Dans les années 1990, le maire libéral d'Ixelles, Yves de Jonghe d'Ardoye, a adopté une politique plutôt répressive à l'égard du quartier, ce qui a souvent entraîné des tensions. Cela était lié à l'évolution de la population. Pendant des années, on y trouvait principalement l'élite congolaise. Mais dans les années 1990, après la chute de Mobutu, il y a eu principalement des demandeurs d'asile africains, des personnes à la recherche d'une vie meilleure. Suivre sur Twitter: https://twitter.com/BasedCongo #Matonge #Belgique #Bruxelles33 views -
De koloniale droom van het Verdinaso - Een onderzoek door Maurice De Wilde (De Nieuwe Orde, 1983)
Belgian CongoHet Verdinaso (Verbond van Dietsche Nationaalsolidaristen) werd opgericht in oktober 1931 door Joris Van Severen als reactie op de onmacht van de Vlaamse beweging. De oorspronkelijke doelstelling was het streven naar de eenmaking van Nederland, Vlaanderen en Frans-Vlaanderen, en het volledig hervormen van de staat en de maatschappij. In 1934 veranderde de visie van de beweging, en ze richtten zich op het samengaan van Nederland met heel België en Luxemburg in een bourgondisch rijk: het "Dietsche Rijk der Nederlanden". Van Severen beroepte zich hierbij op het volksnationalisme en streefde naar een anti-parlementaire en anti-democratische aanpak om solidariteit tussen klassen te bevorderen via een corporatief systeem. Hiermee brak hij met het traditionele Vlaams-nationalisme en gaf hij de voorkeur aan een staatsnationalisme, dat in Vlaamse kringen vaak gepaard ging met kritiek op het Belgische bestel. Van Severen wilde ook de dynastie en het koninklijke gezag versterken, wat sympathie kreeg van Koning Leopold III. Na 1934 verloor het Verdinaso veel sympathie in Duitse kringen vanwege het verlaten van de pan-Germaanse koers. Vanaf dat moment wilde Van Severen niet langer de Belgische staat omverwerpen, maar er geleidelijk de macht in veroveren. Gaandeweg begon hij te dromen van een Diets imperium dat niet alleen België en Nederland omvatte, maar ook hun koloniën, zoals de Nederlandse Antillen, Suriname, Belgisch Congo en Indonesië. Deze grootse imperiale staatsopvatting vormde in 1936 de basis voor de grote belangstelling van het Belgische establishment. Professor Jef Van Bilsen was tot 1942 een vooraanstaand lid van het Verdinaso, maar daarna sloot hij zich aan bij het Leopoldistisch verzet en in 1944 bij het geheime leger. In 1955 presenteerde hij als eerste een plan voor de dekolonisatie van Belgisch Congo, genaamd het "dertigjarenplan voor de politieke ontvoogding (politieke emancipatie) van Belgisch Afrika". Het plan omvatte een geleidelijke overgang van dertig jaar om de Congolese elite voor te bereiden op een onafhankelijk Congo. Helaas kwam zijn plan nooit tot bloei, omdat Congolese nationalisten (Alliance des Bakongos) met een tegenmanifest onmiddellijke onafhankelijkheid eisten. Volg op Twitter: https://twitter.com/BasedCongo #Verdinaso #JorisVanSeveren #JefVanBilzen #MauriceDeWilde #DeNieuweOrde #Dietsland #BelgischCongo42 views -
In 1992 sloot Hecq Congo, leverancier van koloniale outfits aan Belgische kolonisten
Belgian CongoIn 1992 sloot Hecq Congo, een iconische winkel die decennialang koloniale outfits en uitrusting aanbood aan Belgische kolonisten en ontdekkingsreizigers. De winkel was gelegen aan de beroemde Rue des Colonies in Brussel, die vanaf 1903 werd aangelegd ter ere van de opkomende koloniale interesse van die tijd. Ooit gehuld in een aura van avontuur en nostalgie, voorzag Hecq Congo generaties Belgen van kleding en uitrusting die synoniem waren geworden met de koloniale periode. Van ruime bermuda's en hoge crèmekleurige sokken tot de iconische Stanley en Livingstone-stijl helmen, de winkel fungeerde als een tijdcapsule voor degenen die verlangden naar de mode van vervlogen dagen. De Rue des Colonies zelf, oorspronkelijk genaamd "Rue des Colonies" en later "Impasse des Colonies", weerspiegelde de trend van die tijd toen de koloniale interesse hoogtij vierde. Deze straat en de bijbehorende winkel belichaamden een periode van koloniaal erfgoed en weerspiegelden het verleden van Belgische betrokkenheid in de koloniale wereld.28 views -
Het verhaal van Congo en de Antwerpse wereldtentoonstellingen
Belgian CongoIn de 19de eeuw organiseerde Antwerpen twee keer kort na mekaar een wereldtentoonstelling. In 1930 was onze stad zelfs nog een derde keer aan de beurt. Een nostalgische terugblik naar een tijd dat Antwerpen heel even écht het centrum van de wereld was. Zo’n wereldtentoonstelling was een tijdelijk pretpark van paviljoenen en paleizen; een massa-evenement dat een half jaar bleef staan en miljoenen bezoekers trok. Het idee erachter zit nog het best vervat in de Franse term exposition universelle: een tentoonstelling van álles, uit alle hoeken van de wereld - kunstgebitten en stoommachines, groentemozaïeken en neerhofdieren, chocolade en ivoor, locomotieven en oorlogswapens en nog veel, veel meer. Wereldtentoonstellingen waren droomfabrieken die getuigden van een onwrikbaar geloof in vooruitgang, vaderland en vrije handel. Expo 1885 en 1894 Het expovirus stak ook Antwerpen aan. In de laatste decennia van de 19de eeuw was de ingedommelde provinciestad uitgegroeid tot een bedrijvige wereldhaven. Een feniks die uit zijn as herrees, zo zag de Scheldestad zichzelf graag. Voor de zelfbewuste Antwerpse ondernemers was the sky the limit. Zij namen in 1885 het initiatief om een wereldtentoonstelling te organiseren, de eerste in België. Ook het geld kwam uit de plaatselijke zakenwereld. De wereldtentoonstelling pikte aan bij de recente facelift die de stad had ondergaan. De opening viel samen met de officiële inhuldiging van de nieuwe, rechtgetrokken Scheldekaaien, waarvoor grote delen van het historische stadscentrum plaats hadden moeten ruimen. Behalve van het liberale stadsbestuur kregen de initiatiefnemers ook de steun van koning Leopold II, die de gelegenheid aangreep om Congo-Vrijstaat voor te stellen aan het grote publiek en aan Antwerpse investeerders. Volg op Twitter: https://twitter.com/BasedCongo #Congo #Antwerpen #wereldtentoonstelling50 views -
Het monumentale nalatenschap van Koning Leopold II
Belgian CongoKoning Leopold II moedigde werken van openbaar belang aan om de handel en industrie te stimuleren. In dit opzicht was hij een voorloper van economisch denken. Van 1867 tot 1878 werd de Gileppedam gebouwd voor zowel de bevolking als de wolindustrie. In Verviers en de omgeving werden de havens gemoderniseerd, essentieel voor import en export. Sinds 1881 werden inspanningen geleverd om het kanaal Gent-Terneuzen te verbreden om van Gent een haven te maken, de op een na grootste van het land. Van 1895 tot 1907 werd het kanaal van Brugge naar de zee gegraven. In 1907 werd de Zeebrugge molen ingehuldigd. In 1900 begon men aan het werk om van Brussel een zeehaven te maken. Het Kanaal du Center werd uitgerust met krachtige hydraulische liften. Op zoek naar rendabele investeringen en om afzetmarkten te bieden voor nationale industrieën, namen Belgische groepen deel aan de financiering van bedrijven die verantwoordelijk waren voor de bouw van spoorwegen in het buitenland. Na 1875 werd het stokje voor investeringen in het buitenland overgenomen door trams, die al snel een typische Belgische specialiteit werden. Belgische bedrijven stichtten spoorwegen, trams en de metro van Parijs in Frankrijk, evenals in Duitsland, Oostenrijk, Italië, Tianjin in China, Argentinië en Spanje. Het moet worden opgemerkt dat alle economische en sociale hervormingen die door koning Leopold II zijn doorgevoerd, het resultaat zijn van een onophoudelijke en dagelijkse strijd tussen de koning en de politici en parlementariërs van die tijd, die meer bezig waren met hun interne twisten dan met het lot van het land. Het werk van deze uitzonderlijke koning maakte België tot de op een na grootste wereldmacht in het begin van de 20e eeuw. Leopold was ook betrokken bij de volgende werken: Het Koninklijk Paleis van Brussel Kasteel van Laken De Koninklijke Serres van Laken Basiliek van Koekelberg De Onze-Lieve-Vrouwkerk van Laken Het Justitiepaleis Avenue de Tervueren Het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België De Triomfboog van het Jubelpark en het park zelf De Koninklijke Galerijen in Oostende (1902-1906) Het Maria Hendrikapark De neogotische Sint-Petrus-en-Pauluskerk De Koninklijke Yacht Club van Oostende De de Smet de Naeyer-bruggen Eerste concept van het latere Palais des Thermes De Antwerpse Zoo Het Centraal Station van Antwerpen Het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Volg via Twitter: https://twitter.com/BasedCongo #LeopoldII #Leopold2 #Brussel54 views -
Léopold II et la belle Ostende
Belgian CongoQuand le prince Léopold, qui a passé toutes les vacances de son enfance à Ostende, devient le roi Léopold II, il décide de faire de la petite ville une cité balnéaire digne de ce nom. Il fait détruire les anciennes fortifications qui entourent Ostende pour donner à la ville une ouverture sur la mer. Le roi se fait construire une résidence d’été qui domine les dunes, entre Ostende et Mariakerke. Deux grandes constructions en bois reliées entre elles par des serres, qu’on appelle tout simplement : le chalet royal. Et pour se rendre à l’hippodrome d’Ostende ou se promener le long de la plage, le roi emprunte les galeries royales qui le protègent du vent, de la pluie ou du soleil, selon la météo. Le chalet royal ne résiste pas à la seconde guerre mondiale, mais il est reconstruit en dur dans les années 50, avec 20 chambres et 16 salles de bains. Il sera fréquenté par la famille royale jusqu’en 1970 environ, le roi Baudouin et la reine Fabiola préférant les vacances à Motril en Espagne, le prince Albert et la princesse Paola, la France et l’Italie. En 2006, la ville d’Ostende a racheté la villa à la donation royale pour la transformer en centre de revalidation pour malades. C’est aussi à Léopold II qu’Ostende doit l’église Saint-Pierre Saint-Paul. Tout à côté, la tour de la vieille église, appelée Tour du Poivre, est tout ce qui reste de l’ancienne église, qui était jugée trop rustique par le roi et qui fut détruite par un incendie. Léopold II l’a fait reconstruire dans le plus pur style néogothique. Le roi a demandé aux architectes de prévoir la construction d’une petite chapelle attenante à l’église, pour y rendre hommage à sa mère, la reine Louise-Marie. Une sculpture en marbre blanc représente la reine quittant la vie terrestre, accueillie par un ange et pleurée par la ville d’Ostende. Ostende possède encore de magnifiques écuries royales, construites en 1904, en bois, dans le style norvégien. Léopold II avait admiré cette architecture lors de l’exposition universelle de Paris, en 1900. C’est sous le règne du roi Albert Ier que sera finalement construit le dernier grand projet de Léopold II pour Ostende : le palais des Thermes, adossé aux colonnades royales, qui sera inauguré en 1933 par le roi Albert Ier. Suivre sur Twitter: https://twitter.com/BasedCongo #LeopoldII #Leopold2 #Ostend42 views -
Leopold II en de Hippodroom van Bosvoorde
Belgian CongoVerscholen in de bossen van het Ter Kamerenbos ligt de hippodroom van Bosvoorde: ooit een megalomaan passieproject van koning Leopold II, nu in volle ombouw tot bruisend recreatiepark. De prachtig gerestaureerde gebouwen van de oude hippodroom laten gelukkig nog voldoende voer over voor nostalgici. Brussel is niet altijd even zorgvuldig omgesprongen met zijn erfgoed, maar dat kan niet gezegd worden van de hippodroom van Bosvoorde. Vandaag de dag kennen we de paardensport haast uitsluitend nog van de dames die met grote hoeden pronken op Waregem Koerse, maar de stijlvolle tribunes midden in Ter Kamerenbos herinneren eraan dat dit ooit het epicentrum van de Brusselse beau monde geweest is. Voor wie nog nooit een hippodroom van dichtbij heeft gezien: verwar het niet met een voetbalveld waar een atletiekpiste rond ligt. Een paardje in galop heeft natuurlijk een veel hogere snelheid dan een doorsnee Usain Bolt, en dus kunnen er langere afstanden afgelegd worden. De renbaan is gigantisch: vanuit de tribune moeten de paarden en hun jockeys slechts een stipje zijn geweest als ze zich aan de overzijde bevonden. Het is niet voor niets dat de groene ruimte in het midden van de baan vandaag de dag gebruikt wordt door een golfclub, met negen holes. Het pronkstuk van de site is ongetwijfeld de Koninklijke Loge. Die ligt in het hart van de hippodroom, in het midden van de grote tribune. “Van hieruit had je de beste plaats om de koers te volgen,” zegt Odile Debruyn. Zij heeft een geschiedkundige studie van de site gedaan. Zoals de naam al doet vermoeden, nam de koninklijke familie regelmatig plaats in deze loge. Vooral koning Leopold II was dol op de paardensport. Onder zijn bewind en op zijn initiatief werd de hippodroom gebouwd. “Leopold II had grote plannen met Brussel. Hij wilde er een metropool van maken die kon concurreren met Londen en Parijs,” vertelt Debruyn. Een grote renbaan moest die ambities kracht bijzetten. “Londen was op dat moment al de paardenrennenstad bij uitstek. De sport is daar immers uitgevonden, in het begin van de 17de eeuw. De koning trok grote ogen toen hij de grote infrastructuurwerken in Parijs zag. Daar bouwden ze grote boulevards, publieke parken, en… de hippodroom van Longchamp in Parijs, die nog altijd bestaat. Sindsdien droomde Leopold II van een hippodroom die bij de grandeur paste die hij aan Brussel wou geven.” In 1875 jaagde hij de bouw door het parlement, de grote en de kleine tribune werden tussen 1877 en 1878 gebouwd, en bij de officiële inhuldiging in 1880 was Leopold II aanwezig om het lintje door te knippen. De renbaan heet ‘de hippodroom van Bosvoorde’, maar eigenlijk ligt ze op het grondgebied van Ukkel. Daar is een goede uitleg voor, aldus Debruyn: “Dat komt omdat het station van Bosvoorde hier vlakbij ligt. Mensen konden dus met de trein komen en afstappen in Bosvoorde.” De hippodroom lokte veel mensen uit dezelfde omgeving. “De meeste bezoekers kwamen uit de Leopoldwijk. Dat was een nieuwe wijk in Brussel, die zich op specifiek type van de bevolking richtte: de aristocratie, hoge industriële bourgeoisie en zakenlieden. In Brussel-Luxemburg konden zij de trein nemen, die hen langs één van de eerste spoorlijnen in Brussel tot in Bosvoorde bracht.” Paardensport was dus vooral voor de gegoede burgers, toch in de hippodroom van Bosvoorde. Al konden diegenen met een minder goed gevulde portefeuille de wedstrijden ook tegen een lagere prijs volgen, vanop het grasperk in het midden. Later, in 1884, werd er in (laag-)Vorst nog een tweede hippodroom gebouwd. Die was vooral bedoeld voor de mensen uit de midden- en arbeidersklasse. Niet iedereen kwam met de trein. Dat resulteerde in nog een tweede spektakel, naast de paardenkoers zelf. “Gemotoriseerde auto’s bestonden toen nog niet. Vele rijke mensen verplaatsten zich met paard en koets. Overal langs de grote banen in Ter Kamerenbos en op de Louizalaan zat er een hoop mensen langs de kanten van de wegen om te bewonderen hoe de lokale beau monde in zijn koetsen terug de binnenstad inreed. Het was een feestelijk evenement op zichzelf,” aldus Debruyn. Leopold II was in 1887 trouwens ook de drijvende kracht achter de renbaan van Groenendaal, die in Hoeilaart gelegen was. De hippodroom van Bosvoorde was hem te klein geworden, en dus moest er een nieuwe baan komen, zonder scherpe bochten en groter dan de Wellingtonrenbaan in Oostende. Het is al langer bekend dat Leopold II een fascinatie had voor alles wat groots en imposant was – een beetje de Donald Trump uit de 19de eeuw, zeg maar. Volg op Twitter: https://twitter.com/BasedCongo #LeopoldII #Hippodroom #Bosvoorde44 views -
Waar komt de naam van de Brusselse wijk Matonge vandaan?
Belgian CongoDe Afrikaanse aanwezigheid in Matonge is te danken aan Leopold II. “De koning mocht zijn Kongo Vrijstaat niet besturen vanuit het paleis, omdat het privébezit was. Dus liet hij begin twintigste eeuw achter het paleis een chalet bouwen. Het houten paviljoen aan de Brederodestraat staat er nog steeds.” In de omgeving vestigden zich allerlei koloniale verenigingen en banken. Het buurtje breidde zich uit richting Naamsepoort en verder. Vanaf de jaren 1950 ontstond daar volgens Arnaut ook een Afrikaans getint uitgaansleven, met nightclubs en jazzcafés. Na de Congolese onafhankelijkheid in 1960 kwamen er Afrikaanse studenten en diplomaten wonen. “Er gingen winkeltjes open, kortom er ontstond een hele Afrikaanse infrastructuur.” Tot die tijd had de wijk geen bijzondere naam. Dat verandert begin jaren zeventig. Arnaut: “Toen werd in Kinshasa de grote uitgaanswijk Renquin, genoemd naar een Belgische minister van Koloniën, omgedoopt tot Matonge. Dat gebeurde in het kader van het authenticité-beleid van president Mobutu. Matonge was de naam van een lokale plant.” Al heel snel sijpelde die naam door tot in Brussel. Bezoekers van de wijk begonnen het ook over Matonge te hebben. Het duurde nog tot na de verkiezingen van 2000 voor de naam ook door publieke instanties werd overgenomen, zegt Arnaut. “In de jaren negentig voerde de liberale Elsense burgemeester Yves de Jonghe d’Ardoye een nogal repressief beleid ten aanzien van de buurt en waren er geregeld spanningen. Dat had te maken met de veranderende populatie. Jarenlang trof je er vooral de Congolese elite. Maar in de jaren negentig, na de val van Mobutu, kwamen er vooral Afrikaanse asielzoekers, mensen die op zoek waren naar een beter leven.” Volg op Twitter: https://twitter.com/BasedCongo #Matonge #Brussel #CongoleesBelgië25 views -
Wie zijn de Belgen? Documentaire over de geschiedenis van België
Belgian CongoHet huidige België ontstond in 1830 na de Belgische revolutie, toen het zich afscheidde van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Maar de geschiedenis van de Belgen gaat natuurlijk veel verder terug. In de prehistorie werd het grondgebied van het huidige België bewoond door Keltische en Germaanse stammen, waaronder bijvoorbeeld de Nerviërs en de Eburonen onder Ambiorix, een Belgische held die zich verzette tegen de Romeinse bezetters. België werd in de prehistorie bevolkt door verschillende Keltische en Germaanse stammen, waaronder de Menapii, de Morinen, de Nerviërs en de Eburonen onder Ambiorix. In de Romeinse tijd werden de Keltische stammen in het gebied tussen de Noordzee, Rijn, Seine en Marne, het zuiden van Nederland, België, Noord-Frankrijk en delen van West-Duitsland) samen aangeduid als Belgae, waar uiteindelijk de benaming Belgen uit is voortgekomen. Hun woongebied Gallia Belgica maakte deel uit van het Romeinse Rijk en viel uiteen in een aantal feodale staten tijdens de middeleeuwen. De Belgische Revolutie van 1830, waarmee België onafhankelijk werd van Nederland. Het grote Frankische Rijk na Karel de Grote werd verdeeld tussen West-Francië en het Oost-Frankische Rijk. De Schelde gold als grens tussen de beide rijken. Een gebied waarin het huidige België lag, kwam uiteindelijk in handen van de Habsburgers in de 15e eeuw en werd in 1795 overgenomen door de Franse revolutionairen. Doorheen de geschiedenis is het dikwijls de plaats geweest waar de Europese mogendheden hun oorlogen uitvochten. Het gebied werd daarom soms 'het slagveld van Europa' genoemd. Na de nederlaag van Napoleon te Waterloo in 1815 ging het land op in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, een grotere bufferstaat tegen het onrustige en revolutionaire Frankrijk. Met de Belgische Revolutie van 1830 scheidde België zich af en werd een constitutionele monarchie. De wapenspreuk van België luidt Eendracht maakt macht. Deze eendracht sloeg in 1830 op de vereniging van de negen provinciën. De negen provinciewapens zijn dan ook vertegenwoordigd in het wapenschild van het land. Volg op Twitter: https://twitter.com/BasedCongo #Belgae #België #Belgen94 views -
Le futur du Musée Africain de Namur - Mémoires du Congo
Belgian CongoConférence de François Poncelet François Poncelet est docteur en histoire, art et archéologie, spécialiste des techniques et des logiques de mise en exposition en usage dans le secteur muséal. Directeur-conservateur du Musée Africain de Namur. Le Musée Africain de Namur a connu au cours de son histoire de nombreuses péripéties. S’il a dû déménager à plusieurs reprises, il a toutefois réussi à grandir et à se développer pour devenir celui qu’il est aujourd’hui. La ténacité et le dynamisme de ses bénévoles expliquent sa richesse et son caractère exceptionnel en Belgique. Le Musée africain de Namur voit le jour en 1912, à l’initiative de la Société d’Études et d’Intérêts Coloniaux, elle-même fondée deux ans plus tôt. L’installation a lieu dans la Bourse aux Grains, à proximité de l’Hôtel de Ville de l’époque. Les bombardements allemands de la ville en 1914 détruisent totalement cette première forme du Musée. Un deuxième Musée est installé dans les combles de l’Athénée royal en 1925, sous la dénomination de Musée Colonial Scolaire. En 1934, le Musée déménage à nouveau, pour s’installer dans un bâtiment situé au Grognon ; il prend le nom de Musée National d’Art Africain. En 1944, il est détruit et pillé en grande partie. Le Musée renaît en 1951 à Jambes sous le nom de Musée Colonial Scolaire de Jambes. En 1977, un incendie ravage le bâtiment occupé et oblige à nouveau à un déménagement. En 1985, le Musée s’installe enfin dans l’ancien corps de garde des casernes Léopold. C’est le bâtiment toujours occupé. En 2004, le Musée africain de Namur se distingue du Cercle Royal Namurois des Anciens d’Afrique pour accomplir pleinement les fonctions muséales telles que définies par le décret du 17 juillet 2002 de la Fédération Wallonie-Bruxelles. À partir de 2012, une nouvelle dynamique permet au Musée d’évoluer ; une procédure de mise en conformité est réalisée en 2014 et 2015 afin de faire reconnaître le Musée par la Fédération Wallonie-Bruxelles (catégorie C). Désormais conçu comme lieu de mémoire, de débats, de création, de formation, de recherche, de sensibilisation et de lien social, il entend valoriser les liens qui ont rapproché et rapprochent les Belges et les Africains. Plus d'informations: http://www.memoiresducongo.be/ Suivre sur Twitter: https://twitter.com/BasedCongo14 views